ebook img

Het rusteloze bestaan van dokter Petrus Camper (1722-1789) PDF

283 Pages·2008·1.413 MB·Dutch
Save to my drive
Quick download
Download
Most books are stored in the elastic cloud where traffic is expensive. For this reason, we have a limit on daily download.

Preview Het rusteloze bestaan van dokter Petrus Camper (1722-1789)

Het rusteloze bestaan van dokter Petrus Camper (1722–1789) Het rusteloze bestaan van dokter Petrus Camper (1722–1789) J.K. van der Korst nederlands tijdschrift voor geneeskunde bohn stafleu van loghum – houten 2008 © 2008 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij, Houten Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveel- voudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën of opnamen, hetzij op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16b Auteurswet 1912 j° het Besluit van 20 juni 1974, Stb. 351, zoals gewijzigd bij het Besluit van 23 augustus 1985, Stb. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp). Voor het overnemen van (een) gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de uitgever te wenden. Samensteller(s) en uitgever zijn zich volledig bewust van hun taak een betrouwbare uitgave te verzorgen. Niettemin kunnen zij geen aan- sprakelijkheid aanvaarden voor drukfouten en andere onjuistheden die eventueel in deze uitgave voorkomen. ISBN 978 90 313 5287 6 NUR 681 Ontwerp omslag en binnenwerk: Bottenheft, Marijenkampen Foto omslag: Universiteitsmuseum Groningen Bohn Stafleu van Loghum Het Spoor 2 Postbus 246 3990 GA Houten www.bsl.nl [ 1 ] Inhoud Woord vooraf VII Inleiding: Van verering naar waardering 1 Vergaarde roem – Geleerd verenigingsleven – Vaderlandse waardering – Veelzijdigheid – Praktische zaken – Negentiende-eeuwse waardering – Ontwakende nieuwsgierigheid – Twintigste eeuw 1 Leiden (1722-1750) 7 Afkomst – School en universiteit – Studie –Aanvullend onderricht – Doctor in L eiden – Naar Londen en Parijs 2 Franeker (1750-1755) 29 Professor in Friesland – Competentiestrijd – Filosofie en geneeskunde – Medisch onderwijs –Een vlucht? – Afscheid en omzien 3 Amsterdam (1755-1761) 47 In dienst van de stad – ‘Verdonkerde heelkonst’ – Tangen en hefbomen – Vooral verloskunde – Anatomie en chirurgie – Geneeskunde – Leven in een metropool 4 Klein Lankum (1761-1763) 69 Tijd voor onderzoek – Weten en geloven – Zorg om het kind – Camper als Columnist – Kunst en wetenschap – Afscheid 5 Groningen (1763-1773) 91 Benoeming – Camper als docent – Inenten tegen de pokken – Veepest – L eiden: een stap te ver – Een drastische ingreep – Camper als redenaar – De wezenslijn – De affaire Van der Marck – Persoonlijke besognes 6 Franekeradeel (1773-1779) 135 Achterstallig onderhoud – Deernis om kindermoord – Tekenen en o ntleden – Het leven van een weduwnaar – Bijscholing in Parijs – Verdere reisbelevenissen –Van geneeskunde naar politiek – Aap en mens 7 Leeuwarden (1779-1783) 171 Huiselijke zaken – Reizen en vrienden – De reislust houdt aan – G enootschappen – Op jacht naar goud – Over de schoen en de neushoorn – Geneeskunde op de achtergrond – Schoonheid meetbaar? 8 Workum en Den Haag (1783-1789) 197 Premier van Workum – Camper versus de patriotten – Einde van het p remierschap – Naar Londen – Internationale contacten – Het nuttig k abinet – Geloof en wetenschap – Temidden van de politieke troebelen – Raad van State – Het einde Afronding: Petrus Camper op de keper beschouwd 231 Camper als preceptor – Camper als wetenschapper – Camper als anatoom – Camper als veelzijdig geleerde – Camper en de verlichting – Camper als persoon – Evaluatie Bijlage 1: Levensloop van Petrus Camper in jaartallen 239 Noten 243 Bronnen en literatuur 257 Personenregister 277 [ 1 ] Woord vooraf Zoals zo vaak is het voorwoord in feite een nawoord. Tot mijn eigen verbazing is het moeilijk te realiseren wat mij destijds ertoe heeft gebracht om het leven van Petrus Camper te beschrijven. Wat ik wel weet is dat de eerdere biografie van Gerard van Swieten voor mij een smaakmaker was. Maar wat ik mij nu realiseer, is dat de achttiende-eeuwse geneeskunde niet veel echte markante figuren heeft gehad. Wie anders dan Petrus Camper kan wat faam betreft in de schaduw staan van Herman Boerhaave en Gerard van Swieten? Bovendien zijn rusteloze levens- loop en zijn veelz ijdigheid vormen een uitdaging voor een biograaf. Het leven van Camper –althans zijn volwassen leven – is goed gedocumen- teerd. De universiteitsbibliotheken van Amsterdam, Groningen en Leiden bevat- ten samen vele honderden brieven van en aan Camper, evenals zovele andere hand- schriften. Daarvan is dankbaar gebruik gemaakt, evenals trouwens van kleinere verzamelingen in andere archieven en bibliotheken. Mijn dank gaat in de eerste plaats uit naar de Vereniging Nederlands Tijd- schrift voor Geneeskunde die zowel de ontsluiting van dat uitgebreide bronnen- materiaal heeft mogelijk gemaakt als ook de publicatie van deze biografie. Ook ben ik mevrouw dra. H.J. Langhans-Cornet zeer erkentelijk voor de talloze trans - cripties en extracties die zij heeft vervaardigd van brieven en overige manuscrip- ten aan wezig in de Leidse universiteitsbibliotheek. Toen zij naar Leuven vetrok om aldaar een promotieplaats in te nemen, werd zij als research-medewerker opge- volgd door dr. C.M. van Driel, die behalve de Leidse universiteitsbibliotheek ook het Nationaal Archief en het Koninklijk Huisarchief, beiden te Den Haag tot zijn werkterrein maakte. Zijn speurwerk heeft met name veel informatie verschaft met betrekking tot de politieke loopbaan van Camper, die eindigde in de Raad van State. Zowel de research-medewerkers als ikzelf hebben steeds veel en vriendelijke medewerking ondervonden van de medewerkers van de genoemde bibliotheken en archieven. Ook moet ik hierbij noemen de bibliothecaris van het Nederlands Tijdschriftvoor Geneeskunde te Amsterdam, de heer J.P. Gijselhart alsook de mede- werkersvan Tresoar te Leeuwarden. Professor van Lieburg en dr. H.C. Walvoort waren behulpzaam bij het vinden van illustraties. VII woord vooraf Dit boek is niet meer maar ook niet minder dan een levensbeschrijving. Ik heb mij dan ook niet gewaagd aan een evaluatie van Campers betekenis voor de zoö logie en al evenmin aan zijn plaats in de antropologie. Te meer omdat dat op kundige wijze gedaan is door Visser respectievelijk Meijer. Maar ik heb mij ook niet gewaagd aan een waardering van Campers plaats in de toenmalige heel- en verloskunde. Dat laat ik gaarne aan een ander over. Loosdrecht, december 2007 J.K. v.d. K. VIII [ 1 ] Inleiding van verering naar waardering Vergaarde roem Na zijn dood in 1789 werd de Nederlandse medicus en ‘naturalist’Petrus Camper herdacht in zittingen van drie vermaarde wetenschappelijke genootschappen, alle drie gevestigd te Parijs. De drie redenaars genoten al evenveel aanzien als hun gehoor. De sprekers waren respectievelijk de chirurg Antoine Louis voor de Acad é- mie royale de chirurgie,de medicus Félix Vicq d’Azyr voor de Société royale de m édecineen tenslotte de markies de Condorcet voor de leden van de Académie des sciences. Een dergelijke multipele eer is nooit een andere Nederlandse weten- schapper ten deel gevallen. Of Camper ook plechtig herdacht is in de talrijke andere geleerde genootschap- pen waarvan hij lid was, is niet gedocumenteerd. In ieder geval waren er vele van dergelijke wetenschappelijke instellingen die hem in de loop der jaren tot het lid- maatschap hadden uitgenodigd. Deze waren wijd en zijd verspreid over E uropa: van Edinburgh tot Sint Petersburg en van Londen tot Berlijn. Camper had derge- lijke vererende uitnodigingen vrijwel steeds gretig aangenomen. Slechts twee- maal weigerde hij een hem aangeboden erelidmaatschap. Dat betrof in de eerste plaats de Linnean Society of London vanwege fundamentele bezwaren tegen de classificatie van het dieren- en plantenrijk, zoals die was opgesteld door Linnaeus. Een andere keer weigerde Camper toe te treden tot een Nederlands landbouw- kundig genootschap dat van zijn leden ieder jaar een wetenschappelijke bijdrage verwachtte; bij gebreke daarvan werd een boete opgelegd. Het spreekt bijna vanzelf dat hij wèl lid was van de twee meest prestigieuze genootschappen in de Nederlandse republiek, te weten de Hollandsche Maatschappije van Weeten- schappen te Haarlem en het Bataafsch Genootschap voor Proefondervindelijke Wijsbegeerte te Rotterdam. Camper was er trots op dat zovele geleerde genoot- schappen hem als lid hadden uitgenodigd. Hij verzocht mensen die hemeen brief wilden sturen, deze te adresseren aan ‘Mr. Petrus Camper, professeur honoraire en medecine et membre de plusieus academies etc.’1 1 inleiding Geleerd verenigingsleven Hoewel de oudste geleerde genootschappen al dateerden uit het midden van de zeventiende eeuw – zoals de Royal Society of London en de Académie des sciences in Parijs – was het de achttiende eeuw waarin deze organisaties f loreerden en zich vermenigvuldigden. Zij – en niet de universiteiten – vormden toen de centra van actieve wetenschapsbeoefening. Aan de hogescholen werd g edoceerd, terwijl men in de genootschappen luisterde naar verslagen van wetenschappelijk onderzoek; deze besprak men en bij goed bevinden werden zij ge p ubliceerd in de Verhandelin- genof Mémoiresvan het genootschap. Men schreef ook wel prijsvragen uit waarin niet-leden een beargumenteerd antwoord konden geven op de wetenschappe- lijke vraag die aan de orde werd gesteld. Bekroning leidde meestal tot de toe ken- ning van een gouden medaille. Camper heeft volop meegedaan aan dit wetenschappelijk ‘verenigingsleven’, zij het dan vooral schriftelijk. Hij stuurde verslagen van zijn onderzoekingen die veelal werden gepubliceerd in de verhandelingen van het desbetreffende genoot- schap. Hij nam ook opvallend vaak deel aan de uitgeschreven prijsvragen. Daarbij vergat hij ook een keer dat hij niet had mogen deelnemen omdat hij lid van het desbetreffende genootschap was. Immers als zodanig behoorde hij tot de beoor- delaars van de inzendingen. Ook werd hem wel eens voorgehouden dat deze prijs- vragen in feite niet bedoeld waren voor gevestigde wetenschappers als hij, maar als aanmoediging voor novieten. Hij kon dankzij zijn bekende talenten en e r- varing gemakkelijk de prijs voor de neuzen van aankomende wetenschappers wegsnoepen. Maar daar trok hijzich weinig van aan. Voegt men bij dit alles nog de reislust en de uitgebreide correspondentie van Camper dan ligt het voor de hand dat hij nauwelijks een onbekende had kunnen blijven in wetenschappelijk Europa. Zelfs meer dan dat: in zijn latere jaren gold hij als een coryfee op het terrein van de geneeskunde zowel als van de natuurlijke historie. Daarvan getuigen niet alleen de eerder vermelde lidmaatschappen, maar ook een man als Goethe, die toch niet gauw geneigd was tegen een tijdgenoot hoog op te zien. Toch omschreefhij Camper met een opvallende bewondering als ‘ein Meteor von Geist, Wissenschaft, Talent und Thätigkeit’,terwijl Kant hem beschouwde als een van de grootste ‘Naturforscher’.2 Vaderlandse waardering Die faam gold des te meer binnen Nederland, waar Petrus Camper als een van de meest vooraanstaande medici en wetenschappers van de achttiende eeuw werd beschouwd; hij werd wel op één lijn gesteld met geleerden als Boerhaave, Mus- schenbroek, ’sGravesande en Van Swinden.3Ook in eigen land was Campers faam vooral te danken aan zijn publicaties. Veel van de verhandelingen die hij elders in 2 inleiding een vreemde taal – Latijn, Engels of Frans – publiceerde hadden een pendant in het Nederlands, hetzij in de verhandelingen van het Bataafsch Genootschap of in die van de Haarlemse Maatschappij dan wel in het onafhankelijke tijdschrift Vaderlandsche Letter-Oefeningen.Bovendien had hij in zijn jongere jaren als een soort c olumnist bijdragen geleverd aan zogenaamde spectatoriale tijdschriften. Daarin schreef Camper op licht badinerende toon over allerlei zaken die meestal niets met geneeskunde of natuurlijke historie te maken hadden, zoals de vakantieplan- ning op de Latijnse scholen of de armoede in Nederland. Maar op nationaal niveau was hij voor zijn aanzien niet volledig afhankelijk van de pen. Hier deed hij ook van zich spreken als redenaar dan wel als docent.De rede- voeringen van hem die in manuscript of in druk bewaard zijn gebleven, getuigen van een opvallende helderheid van betoog. Ook weten wij dat hij soms stampvolle zalen trok zoals toen hij in het theatrum anatomicum in Groningen een serie l ezingen hield over de veepest die op dat ogenblik de provinciale vees tapel teis- terde. Hetzelfde geld voor enkele voordrachten die hij in de Amsterdamse teken - academie hield over antropologische aspecten van schedelvorm en fysionomie. Veelzijdigheid De veelzijdigheid van Campers bezigheden en belangstellingen is al wel duidelijk uit het voorgaande. Opgeleid als universitair medicus heeft hij zich overigens nauwelijks bemoeid met de inwendige geneeskunde, maar des te meer met ver - losk undige en heelkundige onderwerpen. Ook aan forensische geneeskunde bes teedde hij aandacht evenals aan anatomie, terwijl de fysiologie er verhou- dings gewijs bekaaid af kwam. Met diergeneeskunde heeft hij zich vrij intensief beziggehouden en dat niet alleen met betrekking tot veepest die woedde in zijn Groningse tijd (1763-1773). Dierkunde en in het bijzonder de vergelijkende ana- tomie hebben relatief veel tijd en aandacht van Camper gevergd, terwijl hij zich in zijn laatste jaren op de fossielen stortte. Bij zijn belangstelling voor de dierlijke anatomie en de dierlijke fossielen heeft Camper in hoge mate geprofiteerd van zijn groot tekentalent, dat trouwens ook goed te pas kwam bij vele chirurgische en anatomische studies. Slechts zelden gunde hij zich de tijd om de tekenkunst als pure bezigheid te beoefenen. De dag- boeken van zijn reizen bevatten hoogstens sporadisch schetsjes van landschap- pen of stadsgezichten naast afbeeldingen van medische instrumenten. Een hoog- tepunt in zijn ‘carrière’ als medisch illustrator is ongetwijfeld Campers bijdrage aan de illustratiesin de verloskundige atlas van de Engelsman William Smellie. Met name de bibliotheek van de Universiteit van Amsterdam herbergt overigens een grote collectie van ongebruikte c.q. ongepubliceerde pentekeningen, die word en beheerd voor de feitelijke eigenaar: de Koninklijke Nederlandse Maat- schappij ter Bevordering der Geneeskunde. 3

See more

The list of books you might like

Most books are stored in the elastic cloud where traffic is expensive. For this reason, we have a limit on daily download.