Het Mysterie van Afhankelijkheid Ruud van Lent Herziende druk 2016 1 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD 4 INLEIDING 5 HOOFDSTUK 1 VOEDING 17 SECTIE 1.1 CELDELING 18 SECTIE 1.2 SPIJSVERTERING 19 SECTIE 1.3 HERSENEN 25 SECTIE 1.4 VERHOUDINGEN 81 HOOFDSTUK 2 ZORG EN VEILIGHEID 83 SECTIE 2.1 GEBOORTE 83 SECTIE 2.2 FERAL KINDEREN 84 SECTIE 2.3 EENKENNIGHEID 91 SECTIE 2.4 PEUTERPUBERTIJD 94 SECTIE 2.5 GEHECHTHEID 101 SECTIE 2.6 KLEUTERTIJD 124 SECTIE 2.7 LATENTE FASE 126 SECTIE 2.8 PUBERTIJD 128 SECTIE 2.9 TRANSACTIONELE ANALYSE 145 HOOFDSTUK 3 AFHANKELIJKHEID 161 SECTIE 3.1 IMPACT VAN VOEDING 161 SECTIE 3.2 IMPACT VAN ZORG EN VEILIGHEID 167 2 HOOFDSTUK 4 CONFISIOLOGIE 172 SECTIE 3.1 CONFISIOLOGIE 172 SECTIE 3.2 # SECTIE 3.3 # BIJLAGEN 178 LITERATUURLIJST 254 3 VOORWOORD Als een cliënt tegen mij zegt: “ik wil graag onafhankelijk zijn”, dan vraag ik hem/haar hoe hij/zij denkt dat te bewerkstelligen. Ik ben benieuwd naar de reacties van alle wetenschappers die deze vraag voorgeschoteld krijgen. Ik ben namelijk van mening, dat ons hele leven samengesteld wordt uit afhankelijkheid. Het is een bron van de mensheid. Dagen lang schrijf ik alles op, wat mij te binnen schiet over dit onderwerp. Tot mijn verbazing merk ik, dat alles verbonden is met een vorm van afhankelijkheid. Hoe ik het allemaal zie en beleef wil ik in dit boek samenvatten. Ik beschouw dit boek gelijk als het onderste deel van het fundament van onze zelfwaardering. Ik zie het als plaat, waarop de vier pijlers van zelfwaardering gebouwd worden. Boven op die pijlers hebben we uiteindelijk de bovenplaat van het fundament voor onze zelfwaardering te pakken. De rede dat ik op het voorblad de studie Confisiologie benoem heeft te maken met een jarenlange strijd iets nieuws toe te voegen aan bestaande wetenschappen. Confisiologie is een woord vanuit het Latijn dat staat voor de “wetenschap van ons vertrouwen”. Een wetenschap die nog in de kinderschoenen staat, maar zeker in de toekomst nog veel bijdrage gaat leveren aan vele basale overlevingsstrategieën. Dit boek is geschikt als studieboek. Het beschrijftt de anatomie, de psychologie en de filosofie van ons leven. Zoals gezegd: we beginnen met een onderplaat dat staat voor “afhankelijkheid”. Ruud van Lent 4 INLEIDING Het mooiste voorbeeld wat Vygotsky in zijn onderzoeken aanhaalt is: leg 10 ballen op een heuvel neer. Geef ze alle tien een duw en observeer hoe het verloop is van iedere afzonderlijk. Je zult zien, dat geen enkele bal dezelfde baan volgt, of dezelfde hindernissen ontmoet. Iedere bal is afhankelijk van wat er op de weg naar beneden gebeurt, elke hindernis is anders en iedere bal gaat daar anders mee om. Zo geldt dat ook voor de kinderen. Ieder kind volgt zijn eigen weg, afhankelijk van cultuur en omgeving om zich heen. Afhankelijk van de ouders of opvoeders die hij treft. Iedere opstakel zal een begin zijn van een nieuwe aanpassing of van een nieuwe ontdekking en dat vervormt weer het vervolgpad dat het kind kiest. Gedurende de weg naar beneden ontmoet de bal alle soorten hindernissen, obstakels, botsingen, kuilen, afgronden, vertragingen, versnellingen en komt het steeds voor verrassingen te staan. Hoe gaat de bal zijn pad volgen? Hoe overwint de bal de hindernissen? In precies dezelfde woorden kun je het leven van een kind op weg naar volwassenheid zien als het pad van de ballen. Wordt de baan van de bal gevrijwaard van obstakels, dan zal de snelheid toenemen en komt er weer ander gevaar boven. Met andere woorden: als de ouders of opvoeders van een kind het levenspad gaan plavuizen en het kind voortdurend gaat beschermen tegen alle obstakels in het leven, dan zal het kind niets leren, geen zelfvertrouwen opbouwen en regelrecht ergens terecht komen, waar geen hulptroepen klaar staan de weg vrij te maken. De klap is dan net zo hard als de bal die aan snelheid toeneemt en ergens tegen een boom tot stilstand komt. 5 Vygotsky (1892) wilde de mensenwetenschappen herconstrueren. Hij wilde met zijn nieuwe theorie de sociale en educatieve problemen uit zijn tijd uitleggen en voor deze problemen praktische oplossingen bieden. Zijn aandacht en interesse lagen vooral bij het verband tussen denken en taal en hij was meer geïnteresseerd in intellectuele ontwikkeling dan in kennis. Vygotsky heeft ook de nadruk gelegd op het belang van taal voor de cognitieve ontwikkeling, waarmee hij wilde aantonen, dat kinderen wanneer ze eenmaal beschikken over woorden en etiketten, ze begrippen veel makkelijker kunnen vormen. Hij geloofde dat denken en taal samen kwamen in betekenisvolle begrippen en het denkproces ondersteunt. Hij zag taal als het primaire middel waardoor de cultuur wordt doorgegeven en het primaire transportmiddel voor denken en vrijwillige zelfregulatie. Vygotsky gaat ervan uit dat individuele ontwikkeling (vooral de mentale ontwikkeling) van een kind het resultaat is van het milieu en de cultuur waarin het opgroeit. De cultuur verzorgt namelijk de kennis van het kind, maar het kind neemt ook de manier van denken over uit de maatschappij.De filosofie van de Marxisten was er één van socialisme en de vooruitgang van een individu werd gezien als een weerspiegeling van de vooruitgang in de maatschappij. Vygotsky dacht dat de vaardigheden van een kind voortkwamen uit sociale interacties met bijvoorbeeld ouders en leerkrachten. Dit betekende volgens hem dat deze vaardigheden de vaardigheden van de maatschappij weerspiegelden. Dit is ook meteen een verschil tussen Vygotsky en Piaget: Piaget geloofde dat elk kind een min of meer identiek ontwikkelingspatroon heeft, terwijl Vygotsky gelooft dat de ontwikkeling afhankelijk is van de cultuur. Volgens Vygotsky leren kinderen door probleem oplossen. Hij maakt hierbij onderscheid tussen problemen die het kind zelf 6 kan oplossen (niveau van eigenlijke ontwikkeling) en problemen die het kind met behulp van iemand anders kan oplossen (potentiële ontwikkeling). Er zit namelijk een gat tussen deze twee niveaus wat hij de zone of proximal development (Zone van naastgelegen ontwikkeling) noemt. Om deze reden moet de helper van het kind eerst de bijna volledige verantwoordelijkheid hebben over het oplossen en vervolgens langzaamaan steeds meer verantwoordelijkheid afstaan aan het kind. Als we nu kijken naar de begeleiding van onze taalmogelijkheden, leert het kind de taal vanuit het luisteren naar omgeving, vooral van uitspraken van anderen. Begrijpen wat de betekenis letterlijk inhoudt gebeurt pas op latere leeftijd. Zo vanaf 6 jaar worden er verbanden gelegd tussen hetgeen verteld wordt en de betekenis ervan. Pas daarna kan een kind zelf bepalen wat goed voor zichzelf is. Wat klopt en welke consequenties eraan hangen. Dan pas gaat taal leven voor een kind. Voor die tijd leert het de klanken te herkenning. Leert het de woorden op te slaan in de cortex. En langzaam aan leert het wat goed en fout is, doordat er door een ander op gewezen wordt. De ander is erg belangrijk bij de ontwikkeling van taal, die geeft de betekenis en het voorbeeld. Zeggen wij steeds shit ergens over als iets niet loopt, dan gaat het kind het vanzelf overnemen. Hij benadrukt dat het gebruik van taal hierbij erg belangrijk is. Het is namelijk door taal dat ouders en leerkrachten hun kennis kunnen overbrengen aan het kind. Het kind leert de wereld begrijpen door middel van taal. Volgens Vygotsky zorgde het eigen maken van vaardigheden, door taal, ervoor dat het kind zich aan ging passen aan de maatschappij. Het kind neemt namelijk het gedrag en de taal dat tegen hem wordt gebruikt over. Vygotsky is waarschijnlijk met zijn ideeën over het belang van taal gekomen omdat hij kinderen had geobserveerd die tegen zichzelf spraken als ze aan een probleem werkten. Hier is nog een verschil tussen Piaget en Vygotsky: Piaget vond dat dit tegen zichzelf praten van een kind egocentrisch was en hechte er geen waarde aan, maar 7 Vygotsky dacht dat het ontstond door interactie met anderen en dat het kind het zich zo eigen maakte en er zijn eigen gedrag mee stuurde. Hoe dicht Lev Vygotski in zijn beweringen bij de breinontwikkeling zit, kunnen we pas vanaf ongeveer het jaar 2000 bevestigen. Door nieuwe technieken om onze hersenen in kaart te brengen en de interacties vast te leggen via een MRI scan krijgen we geheel nieuwe informatie over het brein. Dat het brein van een kind dynamisch is en zich zal aanpassen aan de weg die het volgt of voortgeduwd wordt, bepaald de blauwdruk voor de rest van zijn leven. Wat belangrijk is in dit oerwoud aan mogelijkheden, komt steeds terug op bepaalde psychologische begrippen: de gehechtheid, de schoolperiode, cultuur en directe samenleving. Vygotsky vond dat een kind tot drie jaar volgens zijn eigen plan leerde en vanaf drie jaar leerde wat de docent wilde dat het leerde. Vygotsky gaf in zijn ideeën zelf al aan hoe belangrijk leerkrachten zijn voor de ontwikkeling van een kind. De leerkracht is namelijk meer deskundig dan de kinderen en hij kan dus de kinderen leiding geven bij probleem oplossen en hen in de goede richting sturen. Deze aanwijzingen maakt het kind zich vervolgens eigen waardoor het zelf ook deskundig wordt.Bijvoorbeeld een kind dat een puzzel moet maken en daarbij uitleg krijgt van de docent. Na een paar keer kan het kind het zelf. Dit zelfde geldt natuurlijk voor de ouders. Hier gaat dit boek over: de invloed van de ouders op het brein van het kind. Met andere woorden: de ouders bepalen mede de blauwdruk van het leven van een kind. Als op latere leeftijd stoornissen zich manifesteren, hebben de gevolgen uit de jeugd vaak een bodem van oorsprong. Verdere onderzoeken stellen ook vast, dat patronen vaak funest zijn voor de ontwikkeling van een kind. Echter patronen is het enige zichtbare waar een ouder zich aan kan houden. Datgene wat hem of haar ook is geleerd vertellen wij verder. Kijk maar naar het effect van godsdiensten. Dat is de kracht ervan, het gaat generatie op 8 generatie, totdat ergens iemand een kink in de kabel gooit en een ander spoor gaat volgen. Vanzelf volgen er dan weer meer een ander spoor. Hoe afhankelijkheid de belangrijkste structuur van overleving bepaald wil ik in dit boek nader uitleggen. Ik begin met de opbouw van ons lichaam, de werking van onze hersenen, om uiteindelijk contact te maken met het blauwdruk van de mens die gedurende een aantal belangrijke fasen wordt vastgelegd. Overal klinkt het woord afhankelijkheid terug in het zoeken naar de betekenis van overleven. Dat wij eigenlijk totaal afhankelijk zijn zal menigeen verbazen, want we staan er nauwelijks bij stil. Ik vind dat deze maatschappij er één is waar onze EGO mogelijkheden geheel heeft plaats gemaakt voor ons ALTER EGO. We zijn allemaal aangepast aan de afhankelijkheid. Een nieuw begrip lanceer ik als LOSGESLAGEN EGO. Een bal die van de berg rolt, die niet kijkt wat er voor hem ligt, echter zijn weg niet op natuurljke wijze vervolgt, maar met veel sturing gericht op het ZELF. Niet op het ZIJN, maar meer op een nieuwe creatie op het ZIJN. De bal stuurt zelf zijn weg door het leven, echter houdt geen rekening met de natuurlijke bronnen en mogelijkheden. Het brein bepaalt de richting en de snelheid is top. Steeds harder en gerichter stuurt de bal zijn weg naar beneden. Ieder opstakel wordt omzeild met een precisie die de snelheid doet toenemen. De bal zal beneden niet meer kunnen stoppen en de natuur grijpt opnieuw in door vanuit het dale en berg of oceaan neer te zetten. De snelheid kan niet door de bal zelf verminderd worden. Stoppen komt niet meer voor, ervaren is niet meer belangrijk. We gaan zo hard, dat we de essentie van het leven voorbij gaan. We zijn enorm afhankelijk van die essentie en die doen we allemaal tekort. Zo rond 1934 werd de wereld wakker geschud door een amerikaanse psycholoog John Watson. John Watson was stichter van de psychologische school van het 'behaviorisme. 9 Hij was in staat de gehele wetenschappelijke wereld uit te dagen bij zijn stelling: "Geef mij een stuk of twaalf gezonde kinderen, goed gevormd, en een door mij zelf bepaalde wereld om ze groot te brengen en ik garandeer u dat ik elk ervan, wie u maar wil, kan trainen om, welke specialist ik maar zou kiezen te worden - dokter, advocaat, kunstenaar, winkelchef, ja zelfs bedelaar en dief, ongeacht zijn talenten, neigingen, tendenties, vermogens, roepingen, en het ras van voorouders." Zowel lev Vygotski als John Watson onderstrepen de theorie van de ontwikkeling van een kind vanuit het gedachtengoed van het behaviourisme gericht op “nurture”. Ontwikkeling vanuit de omgeving, door opvoeding, cultuur en samenleving. MOTIVATIE THEORIE VAN MASLOV Maslow is een van de bekendste vertegenwoordigers van de humanistische psychologie, ‘the third way’ naast dieptepsychologie en behaviorisme. Volgens de humanistische psychologie doen zowel de dieptepsychologie als het behaviorisme de mens tekort. Je moet de mens niet benaderen als een door driften bepaald wezen (dieptepsychologie): dit reduceert de mensen tot een dier. Je moet de mens ook niet benaderen als een wezen dat alleen door beloning en straf te beïnvloeden is: dat reduceert de mens tot een machine. De humanistische psychologie wil de mens benaderen vanuit zijn mogelijkheden. De mens heeft een oneindig potentieel aan mogelijkheden in zich, en door je daarop te richten kun je oneindig meer uit jezelf halen dan wanneer je je richt op de strijd tussen je driften en je geweten, of op conditionering door beloning en straf. De humanistische psychologie erkent wel de werking van die principes, maar stelt dat het te beperkt is om daar alleen naar te kijken. 10
Description: