2 Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 2014–2015 33 930 Financieel jaarverslag van het Rijk 2013 Nr. 21 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 9 januari 2015 Bij brief van 26 november 2014 heeft de voorzitter van de commissie voor de Rijksuitgaven mij verzocht om toezending aan de Tweede Kamer van het jaarverslag 2013 van de Auditdienst Rijk (ADR) en de jaarplannen 2014 en 2015 van deze dienst. Bijgaand stuur ik u deze stukken ter kennis- neming toe1. De commissie voor de Rijksuitgaven heeft mij tevens verzocht aan te geven op welke wijze de Kamer in de toekomst over de werkzaamheden van de ADR zal worden geïnformeerd. Naar aanleiding hiervan merk ik graag het volgende op. De ADR vervult een interne rol op elk ministerie en geeft in dat kader aan de betrokken Minister zekerheid en advies over vraagstukken op het terrein van sturing, beheersing en verantwoording. Hiermee onderscheidt de ADR zich van de Algemene Rekenkamer die als Hoog College van Staat werkt voor de Staten-Generaal (externe controleur). Het governance-model van de ADR voorziet er nadrukkelijk in dat elke Minister zelf opdrachtgever is van de onderzoeken op zijn of haar departement. De ADR rapporteert uitsluitend aan de vakminister, niet aan mij als Minister van Financiën (tenzij het onderzoeken betreft die betrekking hebben op organisatieonderdelen van mijn ministerie). Dit betekent ook dat u zich voor het stellen van vragen over onderzoeken van de ADR dient te wenden tot de betrokken vakminister. De stukken die u bijgaand aantreft, zend ik u mede namens alle andere ministers. De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem 1 Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl kst-33930-21 ISSN 0921 - 7371 ’s-Gravenhage 2015 Tweede Kamer, vergaderjaar 2014–2015, 33 930, nr. 21